Terug naar mijn eindexamenjaar in 2000….
De allesbehalve gastronomische poeplucht komt me tegemoet als ik de sleutel omdraai in het slot en de deur open. Het is 06.45 uur. Twee zenuwachtige Dobermann Pinschers – aan de andere kant van de keuken – spitsen hun oren en bevestigen mijn binnenkomst met hun opgefokte geblaf. Mijn werkdag begint met het opruimen van vla-achtige drollen die glimmen op de kokosmat in het portaal. Daarna zet ik een pan water op het gasfornuis voor de eitjes, draai de thermostaat omhoog en doe de oven aan voor het afbakken van witte pistolets. Ik loop naar de ontbijtzaal, ontsteek de kaarsen op de gedekte tafels en doe de achtergrondmuziek aan. Via de hal snel ik de trap op, doe mijn witte blouse aan en maak van mijn nonchalante paardenstaart een keurige knot. Ze heeft me goed ingewerkt en het was bovendien gezellig. Nu is ze met zwangerschapsverlof en mag ik zelf het ontbijt draaien en de hotelkamers schoonmaken in de ochtend. ’s Middags was en strijk ik het tafellinnen, beddengoed en de overhemden van de obers. Op een stikhete en donkere zolder. Vooral Amerikanen zijn royaal met fooi als ze uitchecken. 25 gulden krijg ik een keer toegestopt met de woorden: “I hope you will marry a nice guy.” En zoals me is opgedragen, doe ik dat in de fooienpot van het restaurant. Op mijn klompen voel ik aan dat dat ik nooit iets van dat geld terug ga zien, maar daar durf ik niets van te zeggen.
Op de klompen aanvoelen
Tegen het einde van de zomervakantie krijg ik een nieuw rooster. Mijn collega is terug van zwangerschapsverlof. Inmiddels heb ik flink wat uren gedraaid in het hoogseizoen. Even denk ik dat ze een fout hebben gemaakt als ik de tijdstippen in de avonduren zie, dus ik bel. De chef-kok aan de andere kant van de lijn heeft een slap verhaal over waarom ik nu plotseling -zonder afstemming- ingeroosterd sta als afwasser. Weer voel ik op mijn klompen aan hoe de vork in de steel zit en besef ik welke waarde ik zélf hecht aan openheid en eerlijkheid. Nadat we ophangen laat ik het gesprek tot me doordringen. Al hoef ik er geen nacht over te slapen: ik dien de volgende dag mijn ontslag in en ga op zoek naar een nieuwe bijbaan.
***
Natuurlijk báálde ik als een stekker. Het was één van mijn entreelessen op de arbeidsmarkt. Bijbaantjes hebben waarde. En achteraf ben ik er trots op dat ik mezelf op dat moment op waarde durfde te zetten. Uiteindelijk doe je dat zelf, los van in hoeverre je omgeving je wel of niet stimuleert. Zoals ik door dat hotel-restaurant ben behandeld, daar lusten de honden geen brood van. Zelfs geen Dobermann Pinschers. Of ik me te goed voelde voor de vuile vaat? Zeker niet. Als je de kans krijgt om te laten zien welke ‘werkkracht’ jij in huis hebt en je wordt vervolgens letterlijk teruggezet achterin de keuken, omdat iemand anders dat goed uitkomt? Dan heb jij – in het geval van een arbeidsrelatie- ook een keuze. Take it, change it or leave it. Vaak moet je lef hebben om door te gaan, maar soms vergt het nog meer lef om te stoppen. Een punt zetten achter dingen maakt ruimte voor een nieuw begin. Vrij snel daarna reed ik op mijn zwarte Puch rider fun naar mijn nieuwe bijbaan als verkoopmedewerkster bij de lokale slager, vol nieuwe energie. Daar leerde ik dingen waar ik vandaag de dag nog baat bij heb. Als ik in de supermarkt 600 gram sperziebonen wil afwegen en ik zie op het display van de weegschaal 610 gram, blijft dat – al is het klein – een kick.
Groeien = snoeien
Kijk eens hoe een hovenier een (fruit)boom snoeit. Er moet genoeg zon op de kruin komen, takken moeten ruimte krijgen en ‘uitschieters’ waar de boom niets aan heeft, die gaan eraf. Die kosten energie en dat belemmert groei.
Persoonlijk en professioneel: pak zo nu en dan een snoeischaar
Hoe is de balans tussen in je bedrijf werken en aan je bedrijf werken? Klopt het nog wat er in je etalage staat? Doe je de juiste dingen die tot bloei leiden? Mijn winkel gaat voorlopig dicht. Dat geeft ruimte om na te denken. Over wat ik in de etalage van Redboots ga zetten als ik straks het bordje op de deur weer omdraai van ‘gesloten’ naar ‘open’. Wat ga ik snoeien om te groeien?
Ja, ik groei: héél letterlijk!
En nu we het toch over groeien hebben; ik ga er tijdelijk uit, zakelijk gezien. Er groeit een klein mensje in mijn buik. Op eerste Pinksterdag ben ik uitgerekend. Jezelf op waarde zetten, betekent ook jezelf in acht nemen. En dat doe ik. Ik ga van de radar vanaf mei. Ergens na de zomer verwacht ik weer back on track te zijn, als alles goed gaat. Met mijn rode laarzen aan sta ik klaar om die van jou in beweging te krijgen als het gaat om effectieve marketingcommunicatie. Wanneer precies? Het leven is niet te plannen. Let it be. Ciao!
Uit: Nazomer van Esther Verhoef
Buiten vallen dikke sneeuwvlokken op de monumentale eik. ‘Ik hou van oude bomen,’ zegt hij zacht. ‘Niet zozeer vanwege hun omvang of onmiskenbare schoonheid. Ik vind ze fascinerend omdat je eraan afziet dat ze strijd hebben moeten leveren om zo groot te groeien, om zo sterk te worden. Elke afwijking van de stam of takken was ooit een verwonding. Een geknakt takje is nu een knoest. Verkleuringen, littekens, verminkingen – bomen op leeftijd zitten er vol mee. Ze maken de worsteling zichtbaar van groei naar wasdom.’
Christel says
Hai Kristel,
Wat schrijf je toch weer heerlijk treffend en beeldend. Leuk om je zo te volgen. Ik wens jou een mooi verlof toe en hopelijk een gezond en lief kindje erbij.
Veel geluk.
Groet Christel Koldewijn
Kristel Veltkamp says
Hoi Christel,
Dank je wel!
Carla de la Haye says
Mooie, sprekende tekst, complimenten!
Geniet van je verlof en succes met de voorbereiding op de komst van de kleine spruit!
Groetjes,
Carla
Kristel Veltkamp says
Dank je!